Verschillende werken
Gerard reve had heel veel literaire werken, hieronder vind je de belangrijkste en beste werken van hem.
De Ondergang van de Familie Boslowits
In het nummer van november 1946 verscheen Reves literaire debuut in het tijdschrift Criterium. Een zelfstandige uitgave volgde pas in 1950. Simon, de ik-verteller, en zijn familie zijn kennissen van de familie Boslowits, die het slachtoffer wordt van de jodenvervolging. Het verhaal beslaat ongeveer de periode 1930-1943 en beschrijft stap voor stap hoe het net zich rond de familie sluit ten gevolge van de maatregelen van de bezetter. De novelle kent een opmerkelijke verteltechniek waarbij de dreiging die de familie boven het hoofd hangt nooit expliciet wordt benoemd en zelfs het woord Jood nooit valt. Niet alleen de personages onderling, ook de verteller stelt het gevaar hooguit indirect aan de orde, hetgeen een beklemmend effect sorteert. De novelle eindigt ermee dat Nederlandse agenten de familie van huis ophalen en oom Hans in een verzorgingshuis zelfmoord pleegt.
De avonden
Werther NielandIn 1940 gaf Reve in eigen beheer de dichtbundel Terugkeer uit, hetgeen pas in de jaren 80 bekend werd en in eerste instantie zelfs niet werd geloofd. Toen er een authentiek exemplaar opdook kwam de erkenning dat dit Reves debuut was geweest. Op 1 november 1947 publiceerde Reve (toen nog schrijvend onder de naam Simon van het Reve) zijn eerste roman, die nog steeds geldt als een van de grote klassiekers uit de Nederlandse literatuur. De avonden (die als ondertitel 'een winterverhaal' meekreeg) beschrijft de laatste tien dagen van 1946 vanuit de beleving van de kantoorklerk Frits van Egters. Het boek was als manuscript al bekroond met de Reina Prinsen Geerligsprijs.
Werther Nieland
De eerder genoemde techniek, door Reve zelf wel eens 'noteren zonder te interpreteren' genoemd, is ook terug te vinden in Werther Nieland (1949) en in het al voor 1947 in een tijdschrift verschenen De ondergang van de familie Boslowits. In beide novellen wordt de belevingswereld van een kind tegenover de 'onbegrijpelijke' wereld van de volwassenen gezet. De elfjarige Elmer in Werther Nieland krijgt geen greep op de werkelijkheid die hem omringt. Hij vermoedt dat er een verband bestaat tussen allerlei afzonderlijke gebeurtenissen, maar omdat hij nog onvoldoende van de wereld begrijpt, neemt dat verband in zijn beleving de proporties van iets geheims en toverachtigs aan. Een van de dingen die hij niet begrijpt, is het ongewone gedrag van Werther Nielands moeder. Om zich te weer te stellen tegen het onbegrepene, houdt hij zich bezig met het oprichten van geheime clubs en het uitvoeren van zelfbedachte rituelen, waarmee vaak het doden van dieren gepaard gaat. Reve zelf vond Werther Nieland beter dan De avonden.
Later werk
Na deze vroege werken en een daaropvolgende periode waarin hij allerlei verschillende genres en mogelijkheden uitprobeert (inclusief een uitstapje naar het schrijven in het Engels), draagt Reves reis naar Edinburgh in 1962 bij tot zijn keuze voor de brief als een voor hem bij uitstek geschikt genre. In 1963 verschijnt het eerste van Reves vele brievenboeken: Op weg naar het Einde, in 1966 gevolgd door Nader tot U. Op het persoonlijke vlak heeft Reve dan al een ingrijpende ontwikkeling doorgemaakt: tijdens het verblijf in Engeland enSchotland komt hij, aldus Reve-kenner Jos Paardekooper, 'tot de conclusie dat hij altijd voor God op de vlucht is geweest'. Op zijn bekering tot het christendom volgt in 1966 zijn toetreden tot de rooms-katholieke Kerk. In de eerste helft van de jaren zestig begint hij ook in het reine te komen met zijn homoseksuele fantasieën waarin religie, dood en erotieksterk met elkaar verbonden zijn. Duidelijkheid over deze persoonlijke ontwikkeling bieden de Brieven aan Wimie uit deze periode, in 1980 gepubliceerd en de Brieven aan Josine M.(geschreven tussen 1959 en 1975) die in 1981 werden uitgebracht en waarvan in 1994 een aanzienlijk uitgebreide heruitgave verscheen.
Romans met een sterk autobiografisch karakter waarin Reve ook teruggrijpt op gebeurtenissen uit het verleden zijn Oud en eenzaam uit 1978 (waarin zijn verblijf in Londen en de communistische jeugdkampen die hij als kind bezocht een belangrijke rol spelen) en Moeder en zoon uit 1980. Deze laatste roman is het relaas van zijn ontwikkelingsgang tot het katholicisme en van zijn liefde voor de minnaar die als 'Matroos Vos' (ook wel: 'Matroos Vosch') in zijn werk een plaats krijgt.
Het Boek Van Violet En Dood
Moeder en zoon werd eerder aangekondigd als Het boek van het violet en de dood, de definitieve roman die alle andere romans overbodig zal maken, waarvan in Reves werk regelmatig sprake is. Het eerste hoofdstuk van Moeder en zoon verscheen kort voor de publicatie van deze roman als dummy onder deze steeds weer aangekondigde titel. In 1996 verscheen de reeds zo lang in het vooruitzicht gestelde roman dan toch, onder de iets gewijzigde titel Het Boek Van Violet En Dood. De rode draad in de roman is het overlijden na een verkeersongeluk van de 27-jarige zoon van de buurvrouw van de schrijver in Frankrijk. Tijdens de begrafenis van het slachtoffer dwalen de gedachten van de verteller-schrijver voortdurend af. Hij denkt aan andere jongens en mannen rond wie hij erotische fantasieën heeft gesponnen, maar die de dood inmiddels tot zich heeft genomen. Verder mijmert hij over de troost die het katholieke geloof biedt en tussen de bedrijven door vereffent hij, vaak zeer komisch, nog een aantal rekeningen. De schrijvers Rudy Kousbroek, Remco Campert, Renate Rubinstein en Maarten Biesheuvel zijn enkele van de slachtoffers. Bovendien 'onthult' Reve in dit boek dat hij de zoon zou zijn van een Noorse zee-officier en dat zijn bekende broer Karel van het Reve slechts een halfbroer is.
Maak jouw eigen website met JouwWeb